Hypothecaire lening

Een hypothecaire lening, hypothecair krediet of lening met hypothecaire zekerheid, in het gewone spraakgebruik vooral hypotheek genoemd, is een geldlening waarbij een registergoed, bijvoorbeeld onroerend goed, als onderpand dient.

Als iemand geld leent voor de koop van een huis, en hij geeft het huis als onderpand, is hij eigenaar van het pand, geldnemer en hypotheekgever. De geldgever, meestal een financiële instelling, is de hypotheeknemer (hij verkrijgt het recht van hypotheek: eerste recht van verkoop). De bank is dus ‘hypotheekhouder’. Deze termen worden vaak ten onrechte omgekeerd gebruikt.

Het overgrote deel van de hypotheken hangen samen met de aankoop van onroerend goed. De hypotheek als zekerheid voor de geldlening. Over het algemeen is het de bedoeling dat aan het eind van de looptijd de lening is terugbetaald. De geldnemer betaalt voor de hypotheek:

  • periodiek (bij woninghypotheken meestal maandelijks) rente;
  • en eventueel aflossing.

Fiscaal is, zoals geregeld in de Wet herziening fiscale behandeling eigen woning die inging in 2013, de annuïteitenhypotheek die in 30 jaar volledig wordt afgelost de norm. Een andere toegestane basisvorm is de lineaire hypotheek.

Tot en met 2012 was er een veelheid aan financieringsvormen met extra belastingvoordelen. Voor een deel zijn die sinds 2013 niet meer aantrekkelijk voor nieuwe gevallen. Hypotheekvormen die nog bestaan (en al of niet nog worden afgesloten in nieuwe gevallen):

Leave a Comment